Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog was het voor Nederland verre van een automatisme om haar neutraliteit te bewaren tegenover de oorlogszuchtige partijen. Wat sinds 1839 als neutraliteitspolitiek gold, moest opnieuw actief worden uitgevonden, gepropagandeerd en bewerkstelligd tijdens dit Europese conflict.
Men kan zelfs stellen dat Nederland er alle belang bij had om juist neutraal te blijven. Hoe moeilijk dat was komt hier aan bod.
De Nederlandse staat en regering moesten gedurende de Eerste Wereldoorlog meermalen op hun tellen passen om de neutraliteit te bewaren, zowel politiek, diplomatiek als op het terrein van de handelsbelangen. Tegenover zowel de partijen van de Entente als de Centralen. En daarbij kwam onlosmakelijk de bijdrage van de Nederlandse strijdkrachten, om deze neutraliteit te waarborgen.
Op verrassende wijze weet dhr. D.T. Bos in zijn master thesis (Universiteit van Utrecht / Internationale betrekkingen in historisch perspectief) uit 2012, zowel de internationale druk, als wel de nationale drukkende krachten te beschrijven om de neutraliteit van Nederland te bewaken en te garanderen. Zowel vanuit politiek als militair standpunt. Waarbij zeker niet mag worden vergeten dat de Nederlandse neutraliteit niet allen in 1914 onder druk kwam te staan, maar ook in 1916 en aan het einde van de oorlog in 1918.
Bovendien speelde de Japanse dreiging ten aanzien van de kolonies van Nederlands-Indië een constante bron van zorg. Tezamen met de militaire maatregelen van de Nederlandse regering tijdens deze eerste wereldkrijg, is de studie zeker de moeite waard om kennis van te nemen.
Hoe Nederland neutraal probeerde te blijven tussen 1914 en 1918.
P.S. De tekst start op pagina 2!