mldvliegtuig.jpg

Dit weekeinde is de tentoonstelling Ommuurde Stad geopend in het Centraal Museum te Utrecht, over de geschiedenis van de verdedigingswerken van de stad vanaf de vroege 12e eeuw tot het begin van de 19e eeuw. De tentoonstelling is te bezoeken tot en met 21 januari 2021.

In februari 1787 viel de stad Amsterdam in handen van de Patriotten en hun vrijkorpsen. Stadhouder Willem V vluchtte naar Nijmegen en zocht de hulp van zijn zwager, de koning van Pruisen, die vervolgens een troepenmacht naar de Republiek stuurde. In allerijl werden er ten oosten en zuiden van Amsterdam schansen opgeworpen en een waterlinie aangelegd, om de Pruisische soldaten buiten te houden (voor een topografisch overzicht van de situatie rondom Amsterdam destijds, zie de aangepaste satellietfoto.) Desondanks verschenen de Pruisen eind september voor de stad en openden een succesvolle aanval begin oktober 1787 om de stad weer in handen te krijgen van de Oranje gezinde partij.

Deze militaire campagne is in 1789 met kaart en al uitvoerig beschreven en in het Nederlands vertaald door een groep mensen onder de auspiciën van de redacteur René Ros, inspirator en webmaster van de website Stelling van Amsterdam, waar het document online is te raadplegen: Korte toelichting van alle schansen, welke tegen het einde van de maand september 1787 in de buurt van de beroemde stad Amsterdam zijn aangelegd.

Aanval op de Duivendrechtse brug 1787 (door Theodoor Koning naar Jean George Teissier, 1790; © Rijksmuseum, Amsterdam)

Na de verovering rond 1600 van delen van wat we nu kennen als Zeeuws-Vlaanderen, bleef Spanje nog in bezit van de oostelijke gebieden hier rondom Hulst. Om dit gebied te beschermen en ook de belangrijke Spaanse vestingstad Antwerpen, werd door de Spanjaarden besloten een strategisch gelegen fort te bouwen op de monding van de rivier de Schelde richting de Westerschelde. Zo kon het land als zowel de vaart richting de Noordzee beschermd blijven. Desondanks zou juist het fort samen met de omgeving van Hulst alsnog in handen vallen van het Staatse leger tijdens de Tachtigjarige Oorlog, en vanaf die periode tot ver in de 18e eeuw dienen als een slot op de vrije handel vanuit Antwerpen.

Op de website van dhr. Han Leune is zijn in 2016 verschenen studie te raadplegen (of ook via de uitgeverij Gigaboekshop aan te schaffen), getiteld Het fort Sint Anna in de polder van Namen.

In 2018 organiseerde Mars et Historia als evenement een wandeling door de stad Rotterdam, welke tijdens de Eerste Wereldoorlog een waar spionnennest was van zowel de Geallieerden (de Entente mogendheden) als de Duitsers. Hierover is nog van alles terug te vinden op onze website door in de zoekfunctie rechtsboven op 'spionage' verder te zoeken. Beide oorlogvoerende partijen distribueerden ook vele films in de Nederlandse bioscopen om de bevolking aan haar zijde te krijgen. Voor de Duitsers waren de vertoningen en bezoeken aan hun films meteen een graadmeter binnen hun spionnennetwerken, hoe Nederlanders ontvankelijk waren voor de zaak van de Centrale Machten.

De heer Blom deed meermaals studie naar dit onderwerp, waarvan we hier zijn lezing presenteren, getiteld Propaganda en spionage in de Nederlandse filmwereld tijdens de Eerste Wereldoorlog. "Von Stimmungen lasst er sich nicht fortreissen".

 

 

Niet iedereen was altijd geschikt om de discipline binnen de krijgsmacht te aanvaarden. Zo ook niet de tot de rang van sergeant opgeklommen Philip Jasper Hoek die tijdens de lange mobilisatieperiode van 1830 tot 1839 uiteindelijk deserteert en zelfs overloopt naar België, door te vluchten naar Ieper. Uiteindelijk wordt hij opgepakt en voor de Nederlandse krijgsraad ter door veroordeeld. Hoek's verhaal is er eentje van de kleine militaire historie, of dat van de human interest.

Hoe zijn verhaal geheel verloopt en na de krijgsraad toch nog verder gaat, is te lezen in een webartikel van het Zeeuws Archief, getiteld De desertie van sergeant Hoek tijdens de Belgische Afscheiding (1830-1839).