f16.jpg

Voor een korte periode van 1630 tot 1654 wist de West Indische Compagnie met steun van de Republiek een aantal kolonies aan de noordoost kust van Brazilië in handen te nemen en voor de handel te behouden. Het betekende ook echter een globalisering van de Tachtigjarige Oorlog en Portugal bleef zich al die jaren verzetten tegen de Hollandse aanwezigheid. Ook toen het kortstondig door Spanje was geannexeerd en dat land ook in de strijd over de oceaan werd betrokken. Langs de kuststroken en op zee kon de WIC zich militair handhaven in het begin, maar in de jungle bleef het altijd een probleem. Zelfs met de militaire hulp van troepen uit de Republiek in 1646 en 1647 onder de commando's van respectievelijk de admiraals Banckert en Witte de With, werden de Hollanders uiteindelijk definitief verslagen en moesten ze vertrekken uit Brazilië.

De militaire kracht werd voor de Hollanders ook nog eens bedreigd door het enorme aantal soldaten die ziek werden en overleden, zonder het slagveld gezien te hebben. Voor alle kolonisatoren was dit een bekend verschijnsel tot ver in de 19e eeuw: wie troepen naar Zuid-Amerika stuurde moest met grote verliezen door ziekte rekening houden binnen enkele maanden.

Dat aspect van ziekte en dood is in dit geval beschreven door de Braziliaanse historicus Miranda in een artikel uit 2015, getiteld "Sick and unable to march": life and death in the army of the Dutch West India Company in the Northeast of Brazil, 1630-1654

Slag bij Guararapes, door Victor Meirelles 1879 (Museu Nacional de Belas Artes, Rio de Janeiro)