Wanneer na 1600 de Staatse vestingstad Oostende door de Spanjaarden belegerd wordt, reageert prins Maurits uiteindelijk in 1604 met een poging de stad te ontzetten door te landen op de kust van het huidige Zeeuws-Vlaanderen. Vrijwel meteen mislukt die veldtocht, maar Sluis en omgeving komen stevig in Staatse handen. Het kleine stadje wordt omgevormd tot een geduchte vesting, vanwaaruit meermaals plundertochten ondernomen worden in Vlaanderen. Sluis is het pistool op de Spaanse borst, en blijft dat ook.
Lees hoe dit stukje Nederlands grondgebied in Staatse handen kwam, en hoe zo de Westerschelde werd beheerst in een artikel van dhr. Vermeir, gepubliceerd in 2004 in Archief, het mededelingenblad van Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, getiteld De grens verlegd: het Zuiden zonder Sluis tijdens de Tachtigjarige Oorlog, 1604-1648.