mldvliegtuig.jpg

Jachtvlieger Peter Louwerse vloog jarenlang bij de Koninklijke Luchtmacht in diverse opeenvolgende toestellen, te weten de Northrop NF-5 Freedom Fighter, de Lockheed F-104 Starfighter en uiteindelijk nog lange tijd in de F-16 Fighting Falcon.

Over zijn bijzondere carrière vertelt hij in een onlangs verschenen documentaire (speelduur half uur), afgewisseld met historische beelden, die te zien is op YouTube, getiteld "Ik was F 16 vlieger...".

Mars et Historia organiseert speciaal voor het 55-jarige bestaan van de vereniging dit jaar een online museum met bijdragen van leden en niet-leden over het thema camouflage. In aanloop van het jubileumsymposium in 2022 bouwen we zo een gezamenlijke collectie vanuit allerlei invalshoeken over dit bijzondere thema. 

Voorheen organiseerde de vereniging vaak speciale tentoonstellingen in een museum, maar nu is ervoor gekozen een blijvende online collectie te verzamelen.

Alle bijdragen worden verzameld in het hoofdmenu hierboven en zijn te bereiken met de button Camouflage.

Je kunt ook de tag 'camouflage' aanklikken voor nog meer informatie op andere delen van onze website. Je vindt hier van alles over o.a. het verbergen van schepen op volle zee, de nieuwste 'fractal pattern' uniformen van de landmacht, bunkers en kazematten, instructiefilms, en nog veel meer! Neem gauw een kijkje, en blijf ons online camouflage museum volgen voor nieuwe aanvullingen.

Amfibische schepen van de Koninklijke Marine, gecamoufleerd voor het soort begroeiing aan de kust waar troepen aan land gaan

 

Met het Bourgondische Rijk werden de Lage Landen voor het eerst geheel samengevoegd onder een centraal bestuur, waarbij ook militaire zaken geregeld werden. Voor de oorlog op zee werd door de Bourgondische heersers op 8 januari 1488 een document gepubliceerd waarmee effectief een oorlogsvloot geregeld, georganiseerd en uitgerust kon worden. Als eerste admiraal der Nederlanden werd de edelman Filips van Kleef aangesteld.

In latere jaren en met het overgaan van de Bourgondische heerschappij naar die van de Habsburgers met de Spaanse koning Karel V op de troon werd nogmaals een ordonnantie op de admiraliteit uitgegeven in 1540.

Voor wie alles wil lezen over de stichting van wat het beginpunt is voor zowel de Nederlandse als de Belgische marine kan terecht bij de studie van de historicus Bogaert, getiteld Maritiem geweld in de Lage Landen - De Bourgondische en Habsburgse Nederlanden (tot 1558).

Filips van Kleef, eerste admiraal der Nederlanden

(onbekende meester, ca. 1475-1500. Koninklijk Museum der Schone Kunsten, Brussel)

Voor een korte periode van 1630 tot 1654 wist de West Indische Compagnie met steun van de Republiek een aantal kolonies aan de noordoost kust van Brazilië in handen te nemen en voor de handel te behouden. Het betekende ook echter een globalisering van de Tachtigjarige Oorlog en Portugal bleef zich al die jaren verzetten tegen de Hollandse aanwezigheid. Ook toen het kortstondig door Spanje was geannexeerd en dat land ook in de strijd over de oceaan werd betrokken. Langs de kuststroken en op zee kon de WIC zich militair handhaven in het begin, maar in de jungle bleef het altijd een probleem. Zelfs met de militaire hulp van troepen uit de Republiek in 1646 en 1647 onder de commando's van respectievelijk de admiraals Banckert en Witte de With, werden de Hollanders uiteindelijk definitief verslagen en moesten ze vertrekken uit Brazilië.

De militaire kracht werd voor de Hollanders ook nog eens bedreigd door het enorme aantal soldaten die ziek werden en overleden, zonder het slagveld gezien te hebben. Voor alle kolonisatoren was dit een bekend verschijnsel tot ver in de 19e eeuw: wie troepen naar Zuid-Amerika stuurde moest met grote verliezen door ziekte rekening houden binnen enkele maanden.

Dat aspect van ziekte en dood is in dit geval beschreven door de Braziliaanse historicus Miranda in een artikel uit 2015, getiteld "Sick and unable to march": life and death in the army of the Dutch West India Company in the Northeast of Brazil, 1630-1654

Slag bij Guararapes, door Victor Meirelles 1879 (Museu Nacional de Belas Artes, Rio de Janeiro)

Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog moet Nederland ineens samenwerken met de Britten voor de terugkeer naar de kolonie Nederlands-Indië, op zowel politiek en militair gebied. Aanvankelijk liep deze samenwerking uitstekend, met Britse en Indische troepen die in 1945 op Java landden om het gezag op zich te nemen na het uitroepen van de Indonesische onafhankelijkheid. Na verloop van tijd liepen de belangen tussen de Britten en Nederlanders in 1946 toch uiteen, over hoe verder te gaan met hun eigen koloniale (militaire) belangen. Aangezien er in 2020 in ons tijdschrift Mars et Historia al een artikel verscheen van de hand van de historicus Peter Boer over de Britse troepenopbouw en acties op Java etc, samen met de terugkomst van het KNIL en de Landmacht, is het interessant een en ander op hoger niveau te bestuderen.

Vandaar dat we hier een dissertatie presenteren van dhr. Vrenken (King's College London) uit 2014, getiteld A common approach? The British and the Dutch in the Netherlands East Indies, 1945-1946.

Bijschrift bij de foto: The British Occupation of Java. Indian troops with four armed Indonesians captured at Bekassi before the village was burnt as a reprisal for the murder of five members of the Royal Air Force and twenty Maharatta riflemen whose Dakota transport aircraft crash landed near the village (Imperial War Museum, London)